5 – Mobiele Technologie
Contactloze communicatie
Misschien heb je je al eens afgevraagd hoe de beveiligingspoortjes in winkels werken, of de chip in je paspoort of huisdier, of de zender in je autosleutels, of tijdwaarneming op de finish voor sporters. Ze gebruiken allemaal dezelfde techniek: RFID: Radio-Frequentie Identificatie.
Veel producten die in de winkel liggen hebben een sticker met daarop de barcode. Grote kans dat achter die sticker een hele kleine platte antenne verstopt zit. Op het moment dat je met die sticker in de buurt komt van de elektromagnetische pulsen van het detectiepoortje, gaat het alarm af. Heb je wel bij de kassa betaald, dan wordt de antenne-lus doorgebrand.
RFID bestaat in allerlei vormen en maten. Soms kan de RFID chip zelf uitzenden, zoals bijvoorbeeld je autosleutels (dat noemen we actief). En soms werkt het alleen als door een andere apparaat een elektromagnetisch veld wordt gemaakt, zoals de detectiepoortjes (passief). Het bereik van passieve rfid is afhankelijk van de antenne tussen 1cm en 1m. Actieve RFID heeft een bereik van tientallen meters tot zelfs een paar kilometer.
Hierboven zijn een aantal handige toepassingen genoemd van toepassingen met RFID, maar er zijn ook mensen die kritisch zijn op het privacyaspect van RFID.
Albert Heijn heeft overwogen om een RFID-chip in de bonuskaart te stoppen, zodat ze precies konden zien hoe lang klanten in de winkel waren en waar ze bleven staan, gekoppeld aan hun aankopen. Na veel kritiek hebben ze toch besloten hier van af te zien.
Near Field Communication (NFC) is een uitbreiding van RFID. Zoals je aan de naam kunt zien is het vooral bedoeld voor communicatie heel dichtbij: zo’n 4 tot 10 cm. Als je contactloos kunt betalen met je bankpas, dan zit er een NFC-chip in je pas. Maar ook de OV-chipkaart heeft sinds 2008 NFC. Het grote voordeel van NFC is dat de communicatie in twee richtingen kan lopen, de chip kan zelf ook informatie verwerken.
Ook moderne smartphones hebben NFC. De techniek is bijvoorbeeld te gebruiken om foto’s, video’s en andere bestanden uit te wisselen met iemand anders die ook een NFC telefoon heeft.
Ook in Nederland kun je je telefoon al gebruiken om contactloos te betalen. Het is voor te stellen dat NFC op je telefoon of smartwatch nog een belangrijkere rol gaat spelen, bijvoorbeeld als vervanging van je bankpas, je ov-chipkaart, je studentenpas. Of dat je er je auto mee kunt starten, of je kluisje mee kunt openen, of als toegangsbewijs bij een concert…
Ook Bluetooth kennen we van het gebruik in combinatie met smartphones. Bijvoorbeeld bluetooth speakers of een hands-free set. Het voordeel van Bluetooth is dat het weinig stroom verbruikt en toch redelijk snel data kan overbrengen, met een theoretische snelheid van 24 Mbps. Door het lage energieverbruik is de maximale afstand wel beperkt, tot zo’n 10 meter.
Andere toepassingen van Bluetooth zijn onder andere: delen van je internetverbinding, sturen van bestanden, afstandsbedieningen. Ook de WiiMote en de PlayStation3 controller maken gebruik van Bluetooth voor de draadloze verbinding.
WiFi
Draadloos Netwerk, WLAN, of WiFi. Hoe je het ook wil noemen, we gebruiken het allemaal, waarschijnlijk elke dag. En tegenwoordig kan je het in bijna elke kroeg en trein krijgen. De term WiFi betekent eigenlijk niet zo veel. De naam is gekozen om te lijken op HiFi, wat staat voor audio apparaten met hoge kwaliteit.
Je verbindt je draadloos met een router of accesspoint, die jou dan weer toegang geeft tot het internet. Als het werkt, tenminste. Het bereik van zo’n accesspoint is ongeveer 20 meter, maar dat is heel erg afhankelijk van onder andere (de dikte van) muren.
Als je thuis een draadloos netwerk maakt, is het natuurlijk wel belangrijk dat je het goed beveiligt. Anders kan iedereen via jouw netwerk verbinding maken met het internet, en nog erger: jouw privégegevens bekijken. Een wifiverbinding kan door middel van verschillende technieken worden versleuteld. WEP-beveiliging blijkt in de praktijk makkelijk te kraken; WPA is alleen met heel veel moeite te omzeilen. Kies dus altijd voor WPA!
Nog een tip: als je merkt dat je bij jou thuis moeilijk verbinding krijgt omdat het heel druk is op het netwerk, dan kan het de moeite waard zijn om te kijken of jouw router ook 5Ghz verbindingen ondersteunt. Je maakt namelijk via WiFi verbinding op een bepaalde frequentie, net als met een radio, en meestal is dat 2.4Ghz. Omdat die frequentie nogal druk kan worden, kan het op 5Ghz wat rustiger zijn.
Mobiele netwerken
We gebruiken met z’n allen ontzettend veel mobiele data. Gelukkig wordt dat mobiele internet steeds sneller. Hieronder een overzichtje. Let wel: het gaat om theoretische snelheden, die in het echt nooit gehaald worden. Dit grafiekje is overigens niet op schaal.
Je hoort meestal 2G, 3G en 4G gebruikt worden (de G staat voor Generatie), maar die termen hebben geen vaste definitie. Ongeveer kun je zeggen dat GSM, GPRS en EDGE vallen onder 2G, UMTS is 3G, HSDPA is 3.5G en LTE is 4G.
De vijfde generatie netwerken komt er al aan, maar kan helaas nog even duren. 1 Gbps is een minimum, in tests zijn nog hogere snelheden gehaald.
